Wikipedia. Daar begon voor mij op een mooie meidag in 2006 de hele streektaalschrijverij. Ik ontdekte dat er nog geen artikel over ‘mijn’ Rijssen op stond. Dat moest anders. Inmiddels gaat het op onze Wikipedia richting de 7500 artikelen waarvan er zo’n 950 van mij zijn. Hoewel het in het niet valt bij de miljoenen artikelen op de Nederlandse en Engelse Wiki’s, is het wel degelijk de grootste bron van Nedersaksische schrijverij op het web. And counting.

En dat begint op te vallen. Dus had ik op een mooie vrijdag Tubantia aan de lijn. Over het hoe, wat en waarom. Dikke anderhalf uur mee gepraat. Dit artikel was het resultaat. Daarin staan een aantal zaken natuurlijk wat puntiger verwoord dan ik ze bedoeld of uitgesproken had. Hoog tijd voor een toelichting uit eerste hand.

Brede interesse

Zoals gezegd is Wikipedia het begin van mijn hele streektaalwerk. Het leerde me snel schrijven, vertalen en andere dialecten kennen. Maar ook compromissen te sluiten. En ook niet onbelangrijk: door al die verschillende artikelen bouwde ik mijn algemene kennis flink uit. Want ik schrijf natuurlijk niet alleen In Plat Oaver Plat, maar over alles dat me op dat moment interesseert. Afrikaanse culturen, landen, muziekinstrumenten, filosofen, bekende sporters uit Twente, internationale artiesten, je kunt het zo gek niet bedenken. Want dat hoort zo bij een volwaardige taal.

Creatief ei

Maar als je wat creatiever bent aangelegd, kun je op het starre, feitelijke Wikipedia niet echt je ei kwijt. Ik maakte liedjes, verhalen en gedichten. Al snel zocht ik contact met de Rijssense coryfeeën Kraa, Dannenberg en Consorten. Mijn eerste dialectavond was een feit. Ook werd ik gevraagd om in ’n Niejen Bodbreef stukjes te schrijven. Daarna volde een column in de Driehoek en Rijssens Nieuwsblad, dat uiteindelijk Hart van Rijssen werd.

Alledaags of vernieuwend?

Ondertussen begon ik ook op sociale media. Want een taal moet je gewoon normaal kunnen gebruiken, los van leuke versjes en gevoelige gedichtjes die maar een paar minuten duren. Het is een communicatiemiddel voor alledag. Een middel, geen doel. Dus als iedereen dagelijks op sociale media zit, hoort daar ook Nedersaksisch tussen, vond ik. Dat was blijkbaar zo’n vernieuwende gedachte dat ik voor mijn Twitterberichten en Facebook-posts de Aanmoedigingsprijs Twentse Taal kreeg in 2011.

Ik richtte de Facebook-pagina Wearldsproake op (ondertussen 7000+ volgers), om mensen dagelijks te laten zien hoe je Nedersaksisch kunt gebruiken. Maar omdat Facebook een vluchtig medium is, zocht ik meer vastigheid met een nieuwe website: wearldsproake.nl.

Nysassisk, wo skryv y dat?

Ondertussen schreef ik ook gewoon door voor de Nedersaksische Wikipedia. Soms een paar maand niet. Soms een flinke schrijfmarathon binnen een paar weken. Dat mag, want niks is verplicht.

Geleidelijk ontstond onder de Platte Wikipedianen de wens om meer spellingseenheid te brengen in de skriefjungle. Want er zijn zo’n beetje nog meer spellingen dan sprekers. Dat resulteerde in de Algemene Nedersaksiese Skriefwieze, die nog sterk op het Nederlands leunde. Tegelijk waren een aantal Duitsers ontevreden over de zware spellingsinquisitie op de Platduitse Wikipedia.

Dat trof elkaar online en het resultaat was na jaren digitaal overleg de Nysassiske Skryvwyse, de eerste allesomvattende, internationale spelling voor het Nedersaksisch.

Verschuivingen

Tijden veranderen. Facebook werd steeds minder gebruiksvriendelijk. En mijn doelgroep, jongeren, verlieten massaal het medium. Juist omdat er steeds meer ouders en grootouders op te vinden zijn. Dus ging ik mee, naar Instagram. Dat werkte, want ook daar bereik ik meer dan ooit tevoren. Maar onder Gen Z lachen ze alweer een beetje om Instagram. “Dat is het Facebook voor Millennials,” klinkt het spottend. Klopt ook wel.

TikTok.TerDenge

Die jongeren die ik zo graag bereik, laten zich niet zo vaak zien op Wikipedia. Logisch, doordat er geen spellingseenheid is, kan Google er niets mee en komen Nedersaksische artikelen nauwelijks naar boven in de zoekresultaten. En ook al was er eenheid, dan nog zoekt men niet in het Nedersaksisch.

Vandaar dus dat mijn vrouw Gerieke zich afvroeg: ‘Kun je dan niet beter je pijlen richten op de platforms waar ze wél zitten?’

Terechte vraag. Dus begon ik een paar maanden geleden op TikTok, met korte Twentse filmpjes. Schot in de roos, want inmiddels ben ik de 1100 volgers alweer voorbij en gaat mijn best-bekeken filmpje richting de 40.000 views, onder jongeren die anders nooit Twents zouden zien. Dat is nog eens wat anders dan een dialectavond voor 40 mensen die het Twents toch al kennen.

Maar Wikipedia blijft een mooie hobby. Leerzaam, leuk én nuttig om de toepasbaarheid van de taal te bewijzen en Google een speldenprikje te geven dat wij er ook nog zijn. Hoe lang ik doorga weet ik niet. In ieder geval wil ik de 1000 artikelen volmaken. Da’s een mooi getal.

 

Dus ja, ik doe best wat in/voor het Nedersaksisch.

Hier een paar links voor het overzicht:

Nedersaksische Wikipedia
Wearldsproake.nl
Twitter
Wearldsproake Podcast
Wearldsproake Facebook
Wearldsproake Instagram
Wearldsproake TikTok

Op zoek naar een streektaalkenner of spreker over het Nedersaksisch?

Reageer hieronder of neem contact op met mij.