Een paar maand geleden kreeg ik bezoek van Jan Harbers. Nen echten Riessensen naam, zou je zeggen, maar hij was er nog nooit geweest. Hij is geboren in de Achterhoek, maar woont al z’n hele leven in Drenthe. En daar begon hij zich te interesseren voor het Drents als cultuurtaal. Van het een kwam het ander en een lang verhaal kort, hij werd redactielid bij Roet, een Drents Literair Tijdschrift.  

Niche

Dan denk je misschien ‘Wat een niche’, maar het is toch echt een van de grootste literaire tijdschriften van Nederland. Een volgende vraag die je kunt stellen: ‘Wat heeft dat met jou te maken, Martin?’ en dat is terecht. Ik doe ja Twents. Geen Drents.

Maar dat was het ‘m nou net. Bij de Roet leek het ze leuk om ook eens buiten Drenthe om te kijken naar andere Nedersaksische schrijverij. Dat hadden ze van ’t voorjaar al met Groningers gedaan, nu dus in Overijssel. Als je dan gaat googelen, kom je al gauw één persoon tegen die bijzonder actief is online. Dus kreeg ik de vraag of ik gastredacteur wou zijn voor een Overijsselse Thema-Roet. Dat wou ik wel.

Netwerk

Ik begon meteen mijn netwerk door te spitten. Daar zitten natuurlijk een paar Tukkers tussen, maar ook wel een groep Sallandse en Noord-Overijsselse schrijvers. Frouk Alice Weijs en Geke Mateboer uit Noord-Overijssel, Ben Sieverink, Theo Vossebeld en de Gerrit-garde uit Twente (Gerrit Lansink, Gerrit Klaassen, Gerrit Dannenberg, Gerrit Kraa en Gerrit Jan Martin ter Denge). Stuk voor stuk hielpen ze graag mee.

De deadline voor de schrijvers was 17 september, die sommigen haalden en sommigen net niet. Dat mocht de pret niet drukken, want het waren stuk voor stuk prachtige gedichten en boeiende verhalen. Daarna boog de redactie zich erover. Op een bonte avond in Schoonloo werden er knopen doorgehakt en spijkers met koppen geknald. Na rijp beraad en lang wikken en wegen – je weet wel hoe dat gaat – stond het besluit vast. Deze en deze, en deze niet. Het blad heeft maar zo en zoveel ruimte en niet alles was van even hoge kwaliteit (ze stellen ook nog eisen ja). 

Presentatie

Dit eerste novemberweekend werd de nieuwe Herfst-Roet met een selectie Overijsselse en Drentse schrijfsels gepresenteerd in de Theaterschuur van Linde. Dat ligt niet eens zo ver van Twente dus het was goed te doen. De Roet-rekkels vertelden hoe het tot stand was gekomen, verschillende dichters en schrijvers droegen voor uit eigen werk, Jan Roelof bracht doorleefde Centraal-Europese ballades, ik mocht twee eigen liedjes zingen en het blad officieel in ontvangst nemen (waarna ik het per ongeluk en helaas heb laten liggen, maar ik wist ja toch al wat der in stond). Wat nen mooien dag!

Roet is een machtig mooi blad met de top van de Nedersaksische skrieverieje en ieleu mut allemoal lid worden. Dat kan hier, op de website van het Huus van de Taol (even naar daalten scrollen)

Op zoek naar een streektaalkenner of spreker over het Nedersaksisch?

Reageer hieronder of neem contact op met mij.